Vitamine D en het coronavirus: hoe zit dat precies?


 

De afgelopen maanden zijn er verschillende vitamines genoemd die invloed zouden hebben op de kans op besmetting met het coronavirus. Eén van de meest genoemden was vitamine D. Vitamine D zou helpen om de kans op een coronabesmetting te verkleinen. Mocht je toch besmet raken, dan zou het coronaklachten verminderen. Hoe zit dit precies?

 

Vitamine D

 

Allereerst is het goed om te weten wat vitamine D is. Vitamine D is een vetoplosbaar vitamine dat voorkomt in onze voeding. Vooral in vette vis, een beetje in vlees en ei, maar het wordt ook toegevoegd aan halvarines, margarines en bak-en-braadproducten in Nederland. Daarnaast maakt onze huid vitamine D aan als de huid wordt blootgesteld aan zonlicht.

Het binnenkrijgen van voldoende vitamine D is belangrijk om onze botten gezond te houden. Vitamine D helpt namelijk om calcium uit je voeding op te nemen in je botten. Daarnaast zorgt vitamine D voor gezonde spieren en speelt het een rol in de weerstand tegen infecties.

 

Vitamine D en het coronavirus

 

Een paar maanden geleden waren er verschillende professionals die opriepen om een vitamine D-supplement te gaan slikken. Er waren aanwijzingen uit onderzoek dat dit de kans op een coronabesmetting zou verkleinen. Bovendien zou het, als je toch corona zou krijgen, de klachten minder ernstig laten verlopen. Het ministerie van Volksgezondheid heeft de Gezondheidsraad opdracht gegeven om hierin te duiken en een advies naar buiten te brengen. En wat blijkt: zij adviseren NIET om een vitamine D-supplement te gebruiken. Hoe kan dit?

 

Observationele studies

 

De Gezondheidsraad stelt dat er op dit moment nog onvoldoende bewijs is om de effectiviteit van vitamine D bij de kans op besmetting met het coronavirus aan te tonen. Dit komt doordat het bewijs wat tot nu toe is gevonden, is gebaseerd op observationele studies. Observationele studies zijn studies waarin wordt gekeken naar de gegevens van een grote groep mensen, zonder dat men iets aan de situatie verandert. Er werd bijvoorbeeld gekeken of mensen met een lagere vitamine D-status in hun bloed, een grotere kans hebben op het krijgen van het coronavirus. Hieruit kwam inderdaad naar voren dat er een verband tussen deze twee factoren bestaat.

Maar waarom is dit dan onvoldoende bewijs? Dat komt doordat je op basis van een observationele studie geen conclusies kunt trekken over oorzaak of gevolg. Concreter betekent dit: was een lage vitamine D-status in het bloed de oorzaak van een corona-infectie? Of was het juist het gevolg van die infectie? Dat weten we niet, waardoor er meer onderzoek nodig is.

 

Welk onderzoek is wel geschikt?

 

De vervolgonderzoeken die nodig zijn gaan er anders uitzien. In plaats van observationeel onderzoek, zal het dit keer experimenteel onderzoek worden. Dit betekent dat er wel iets aan de situatie wordt veranderd. Bijvoorbeeld: er worden twee groepen mensen met elkaar vergeleken. De ene groep krijgt een vitamine D supplement en de andere groep niet. Vervolgens wordt vergeleken in hoeveel gevallen er een coronavirusinfectie optreedt in elke groep. Mocht er (significant) verschil tussen de groepen worden gevonden, dan is dit sterker bewijs dat een vitamine D-supplement invloed heeft op besmetting met het coronavirus.

 

Zijn er mensen die wel extra vitamine D moeten slikken?

 

Er zijn groepen mensen die wel het advies krijgen om extra vitamine D bij te slikken. Dit vanwege de gezondheid van de botten.

De volgende groepen wordt geadviseerd om 10 microgram vitamine D per dag te suppleren:

  • Mensen met een getinte huidskleur
  • Mensen die gesluierd zijn als ze buiten lopen
  • Mensen die overdag weinig buiten komen
  • Zwangere vrouwen
  • Vrouwen boven de 50 jaar

De volgende groep wordt geadviseerd om 20 microgram vitamine D per dag te suppleren:

  • Mannen en vrouwen boven de 70 jaar

Wanneer kom je voldoende buiten? Als je dagelijks tussen 11.00 en 15.00 uur 15 tot 30 minuten buiten komt met je handen en hoofd onbedekt, dan is dat voldoende. Dit is echter een richtlijn: kom je buiten deze tijden ook buiten, dan kan het zo zijn dat je bij elkaar opgeteld toch genoeg zonlicht hebt gezien. Heb je het idee dat je te weinig buiten komt, vraag dan je huisarts om advies of je vitamine D moet suppleren of niet.

Hoe zit dat in de winter in Nederland, dan krijgen we allemaal toch minder zon op onze huid? Dat klopt, maar in de zomer bouw je een voorraad op in je lichaam waar je in de winter op kunt teren. Voor groepen die niet onder het bovengenoemde suppletieadvies vallen, is het daardoor niet nodig om extra vitamine D te slikken.

 

Conclusie

 

De resultaten die tot nu toe verkregen zijn uit onderzoek, zijn gebaseerd op observationeel onderzoek. Daardoor is er nu nog onvoldoende bewijs om voor heel Nederland een vitamine D-supplement te adviseren. Alleen voor de mensen die in één van de groepen vallen waar altijd al een vitamine D-suppletie advies voor werd gegeven, wordt geadviseerd om een vitamine D-supplement te slikken.

 

 

Bronnen:

Gezondheidsraad. (2021, 3 maart). Vitamine D en de preventie van COVID-19 en acute luchtweginfecties. Geraadpleegd op 3 maart 2021 van https://www.gezondheidsraad.nl/documenten/adviezen/2021/03/03/vitamine-d-en-de-preventie-van-covid-19-en-acute-luchtweginfecties

Voedingscentrum. (z.d.). Vitamine D. Geraadpleegd op 3 maart 2021 van https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/vitamine-d.aspx

Tags: , ,

pijl naar blogoverzicht

Menu